4.1.4.1. Algemeen

4:64 Het wettelijk bestuursorgaan richt waar nodig gespecialiseerde raadgevende comités op om specifieke aangelegenheden te analyseren en het daarover te adviseren. De instelling van dergelijke comités mag de rol van het wettelijk bestuursorgaan niet uithollen: de besluitvorming blijft berusten bij het wettelijk bestuursorgaan, dat collegiaal zijn bevoegdheden uitoefent.

4:65 Teneinde de doeltreffendheid van het toezicht op en de controle van de werkzaamheden, de werking en het risicoprofiel van de vennootschap door het wettelijk bestuursorgaan te versterken, dienen krachtens artikel 24 van de toezichtswet beursvennootschappen binnen dit orgaan twee gespecialiseerde comités te worden opgericht[1] :

  • een risicocomité, en
  • een remuneratiecomité.

4:66 Wanneer de vennootschap door de NBB als significant wordt beschouwd gezien haar omvang of interne organisatie of de aard, schaal en complexiteit van haar werkzaamheden, kan de NBB overeenkomstig artikel 24, § 2 van de toezichtswet beursvennootschappen eisen dat er een auditcomité en een benoemingscomité worden opgericht of dat er één comité wordt opgericht dat instaat voor de taken van het auditcomité en het risicocomité en/of één comité dat instaat voor de taken van het remuneratiecomité en het benoemingscomité[2].  Indien de NBB geen gebruik maakt van de in artikel 24, § 2 van de toezichtswet beursvennootschappen geboden mogelijkheid, worden de taken van het auditcomité uitgeoefend door het risicocomité[3] en de taken van het benoemingscomité door het remuneratiecomité.

4:67 Daarnaast kan de beursvennootschap op vrijwillige basis een auditcomité of benoemingscomité instellen[4].

 

[1] Behalve voor kleine beursvennootschappen, die van deze vereiste zijn vrijgesteld krachtens artikel 25 van de toezichtswet beursvennootschappen (zie punt 4.1.4.4. van dit handboek.

[2] De mogelijkheid voor de NBB om de oprichting van een auditcomité en een benoemingscomité of een audit- en risicocomité en/of een benoemings- en remuneratiecomité op te leggen, is niet van toepassing op kleine beursvennootschappen (in tegenstelling tot de mogelijkheid om de oprichting van een directiecomité te eisen).

[3] Zo behoren de monitoring van de werkzaamheden van de interneauditfunctie en de monitoring van de wettelijke controle op de jaarrekening en de naleving van de aanbevelingen van de commissaris tot de taken van het risicocomité.

[4] Indien een beursvennootschap op vrijwillige basis of op verzoek van de NBB een auditcomité en/of een benoemingscomité opricht, gelden de regels betreffende de samenstelling en de taken die zijn vastgelegd in artikel 7:99, § 4 van het WVV, waarnaar verwezen wordt in artikel 26 van de toezichtswet beursvennootschappen, voor het auditcomité, en/of die zijn opgenomen in artikel 31 van de toezichtswet beursvennootschappen, voor het benoemingscomité. De regels voor de werking van de gespecialiseerde comités die in dit handboek worden beschreven, zijn ook op deze comités van toepassing.