Home » Blog » Daling van de interestvoeten: gooien de lonen roet in het eten?

Daling van de interestvoeten: gooien de lonen roet in het eten?

Rente
Inflatie
Monetair beleid
adobestock_540923533_editorial_use_only
Op 6 juni liet de ECB de rente zakken omdat de inflatie sterk is gedaald. De voornaamste beleidsrente was maandenlang op 4 % blijven hangen om de inflatie te bestrijden. De publicatie van de looncijfers op 7 juni bracht bevestiging dat de weg naar stabiele inflatie lastig wordt. Begin 2024 zijn de lonen in het eurogebied met 5 % op jaarbasis gestegen, wat opwaartse druk op inflatie kan teweegbrengen. Zullen er nog nieuwe rentedalingen volgen? De ECB zal een nieuwe inflatie-opstoot willen vermijden.

Zoals Christine Lagarde in haar recente blog schreef, kon de ECB de rente voor de eerste keer laten zakken in juni 2024, met 25 basispunten. De inflatie is sterk gedaald en volgens de verwachtingen zal ze blijven dalen. Maar is de inflatie vandaag volledig onder controle?

Hardnekkige diensteninflatie

Nieuwe gegevens over de loongroei geven aan dat de lonen in het eurogebied in het eerste kwartaal van 2024 met 5 % zijn gestegen op jaarbasis. Dat is meer dan we verwachtten eind 2023. Die lonen zouden wel eens verdere druk op de inflatie kunnen uitoefenen. Vooral de diensteninflatie blijft met 4 % hardnekkig. 

 Het is dus niet vanzelfsprekend dat er na juni snel opeenvolgende renteverlagingen zullen volgen bij de monetaire beleidsbeslissingen. De gouverneurs van de eurozone willen vermijden om een stap terug te moeten zetten als de inflatie opnieuw sterk zou stijgen tot boven de doelstelling van de ECB (2 %). De financiële markten en de ECB-enquête die eind mei afgenomen werd bij de monetairbeleidsanalisten, verwachten dat de beleidsrente tegen eind 2024 nog 1 à 2 keer zal dalen. Het dalende pad zou trager kunnen verlopen dan de stijgingen van 2022 en 2023.

Totale inflatie 

(%)

nl
Bron: EC.

Loonkosten als boosdoener

De loongroei is een indicator die de ECB nauwlettend in de gaten houdt, omdat ze de dienstenprijzen hoog houdt. De inflatie van de diensten – een belangrijke component die ruim 40 % van de consumptiekorf in beslag neemt – steeg fors in 2022. Aangezien de loonkosten een aanzienlijk deel uitmaken van de totale kostenstructuur van de dienstensector, lagen die mee aan de basis van die aanhoudende hoge diensteninflatie. Andere elementen spelen ook een rol, zoals de vertraagde reactie op de algemene kostenstijgingen. In België worden sommige dienstenprijzen bijvoorbeeld automatisch geïndexeerd (huur, verzekeringscontracten...). Hoewel de diensteninflatie historisch hoog is, ligt de piek wel achter ons. 

De loongroei is in het Eurogebied uitzonderlijk hoog sinds 2023. Ze bedroeg gemiddeld 4,6 % in dat jaar en in het eerste kwartaal van 2024 steeg ze verder tot 5 %. Dat komt omdat werknemers compensatie eisen voor de forse prijsstijgingen waarmee ze te kampen hebben gehad. De krappe arbeidsmarkt, met ondernemingen die moeilijk werkkrachten vinden, hielp hen om aan die eisen te voldoen. In het Eurogebied worden loonstijgingen grotendeels onderhandeld, en dat vergt tijd. De loonakkoorden worden er voor een periode van gemiddeld twee jaar gesloten. Zo komt het dat nieuwe loononderhandelingen in bepaalde sectoren lang na een inflatiepiek kunnen plaatsvinden. De verdere stijging van de loongroei in 2024 heeft de ECB dus niet al te ongerust gemaakt, omdat schommelingen zoals deze ‘normaal’ zijn, gegeven het loonvormingsproces.

En in België?

In België verloopt dat proces anders. Er is een automatische loonindexering voor quasi alle werknemers en er kan alleen onderhandeld worden over loonstijgingen boven op de index (de zogenaamde reële loonstijgingen). In België kwam de loonstijging dan ook veel eerder en in sterkere mate op gang. In het eerste kwartaal van 2023 bedroeg de loongroei 9,1 %. Begin 2024 zakte die fors naar 2,5 %. De verwachting is dat de loongroei in het Eurogebied langer hoog zal blijven, terwijl ze in België zal blijven dalen tot zelfs onder het langetermijnniveau.

Loongroei en diensteninflatie 

(Jaar-op-jaar groei, %)

nl
Bron: EC.

Geen loon-prijsspiraal

De loonstijging die voortkomt uit de inflatie, kan op haar beurt een ‘tweede ronde’ aan inflatie veroorzaken. Zo kan er een loon-prijsspiraal ontstaan, waarbij beide blijven stijgen. Ditmaal kon een ongecontroleerde spiraal waarschijnlijk worden afgewend, mede dankzij de aanzienlijke daling van de energieprijzen in 2023 ten opzichte van het voorgaande jaar. En verder hebben ondernemingen de kostenstijgingen gedeeltelijk opgevangen met hun winstbuffer.  

De dienstenprijzen, de hardnekkige component van de inflatie, vormen dus een reden waarom de rentedaling mogelijks trager zou kunnen verlopen dan de stijging ervan in 2022-2023. Zoals ECB-president Christine Lagarde schreef in haar blog, zal de weg naar de stabiele inflatie ‘niet altijd een zorgeloze rit zijn’. Het zal tijd en waakzaamheid vergen, eer alle inflatiecomponenten (inclusief de diensten) zich naar een stabiel niveau begeven.  

 

De blog ‘Waarom we de rente hebben aangepast’, van ECB-president Christine Lagarde, lees je hier.

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte

Ontvang regelmatig alle nieuwe blogartikelen direct in je inbox.