Het nieuwe bankbiljet van € 50 wordt vanaf dinsdag 4 april 2017 in omloop gebracht

De nieuwe coupure van € 50 is de vierde van de 'Europa'-serie die in omloop wordt gebracht, na de biljetten van € 5, € 10 en € 20, die respectievelijk in 2013, 2014 en 2015 werden ingevoerd.

Met deze nieuwe stap in de vervanging van de volledige serie eurobiljetten zullen alle coupures met een lage of middelgrote waarde, die het meest worden gebruikt, beter bestand zijn tegen vervalsing, dankzij verbeterde echtheidskenmerken. Deze laatste kunnen gemakkelijk worden gecontroleerd door te 'voelen, kijken en kantelen'[1].  Zo toont het portretvenster, net als het nieuwe biljet van € 20, tegen het licht een doorzichtig portret van Europa, een figuur uit de Griekse mythologie aan wie de naam van deze serie bankbiljetten werd ontleend. Een ander meteen opvallend element is het 'smaragdgroen cijfer', dat van kleur verandert, van smaragdgroen naar diepblauw, en een op en neer bewegend lichteffect produceert. Tot slot maken een aantal in reliëf gedrukte korte lijntjes aan de linker- en rechterrand het bankbiljet makkelijker te herkennen, in het bijzonder voor blinden en slechtzienden.

De invoering van een nieuwe coupure vergt evenwel aanpassingen aan de apparatuur voor echtheidscontrole en verwerking van de biljetten.  Daarom werden al de nodige informatie en technische ondersteuning reeds lang verstrekt aan de fabrikanten en beheerders van dit soort apparatuur en hebben de verschillende landen die de euro gebruiken, communicatiecampagnes opgezet.  Nu dienen de handelaars en de ondernemingen die gebruikmaken van apparaten die bankbiljetten verwerken, na te gaan of de aanpassingen al werden uitgevoerd of gepland, zo niet moeten ze dit eisen.

Er zij eveneens aan herinnerd dat de kenmerken die kunnen worden gelezen door de apparatuur voor de verwerking of de echtheidscontrole van biljetten, geharmoniseerd zijn voor de volledige 'Europa'-serie, om de vereiste aanpassingen aan de apparatuur te beperken.

Al die maatregelen moeten ervoor zorgen dat de nieuwe biljetten van bij de uitgifte worden herkend en aanvaard.  Hoewel de grote meerderheid van de apparaten die bankbiljetten verwerken, gemakkelijk kunnen worden aangepast aan de nieuwe serie biljetten, moeten sommige kleine, in de handel gebruikte detectietoestellen evenwel worden vervangen om de echtheid te kunnen controleren van de nieuwe bankbiljetten van € 5, € 10, € 20 en weldra ook € 50.

De site van de ECB http://www.nieuwe-eurobankbiljetten.eu/ en die van de NBB https://www.nbb.be/nl/biljetten-en-munten/eurobiljetten/de-bankbiljetten-van-de-europa-serie verschaffen alle nuttige informatie.

Het Eurosysteem en de Nationale Bank kunnen informeren en de veranderingen coördineren, maar alleen kunnen ze het welslagen van deze operatie niet waarborgen.  Het is immers onmogelijk om voor elke geldautomaat, elke verkoopautomaat of elk toestel voor de detectie van valse biljetten de nodige aanpassingen op te leggen en ze te controleren.  De aanpassing van de apparatuur en de instrumenten blijft de verantwoordelijkheid van de beheerders, die daarvoor kunnen rekenen op de steun van de Nationale Bank van België en van de fabrikanten.

[1]   http://www.nieuwe-eurobankbiljetten.eu/Eurobankbiljetten/Eurobankbiljetten/HET-NIEUWE-€50-BILJET