Beheer van de bedrijfscontinuïteit
Wettelijk en regelgevend kader:
- Bankwet: Art. 21, § 1, 9°
- Relevante thematische NBB-circulaires:
- Circulaire NBB_2021_28 van 16 november 2021 tot omzetting van de richtsnoeren EBA/GL/2021/05 van 2 juli 2021 inzake interne governance
- Circulaire NBB_2018_14 van 29 maart 2018 betreffende de EBA-richtsnoeren voor de melding van grote incidenten
- Circulaire NBB_2017_29 van 30 november 2017 inzake crisismanagement
- Circulaire NBB_2015_32 van 18 december 2015 betreffende de aanvullende prudentiële verwachtingen van de NBB op het vlak van de operationele bedrijfscontinuïteit en beveiliging van systeemrelevante financiële instellingen
- Circulaire PPB 2005/2 van 10 maart 2005 in verband met gezonde beheerspraktijken inzake de bedrijfscontinuïteit van financiële instellingen
- Internationale referentiedocumenten:
- Richtsnoeren EBA/GL/2021/05 van 2 juli 2021 inzake interne governance => paragrafen 225 tot en met 230
De instellingen stellen een gedegen bedrijfscontinuïteitsbeheer- en herstelplan op dat ervoor zorgt dat zij op permanente basis kunnen opereren en dat verliezen door ernstige verstoringen van de bedrijfsactiviteiten worden beperkt.
Voor meer informatie over het bedrijfscontinuïteitsbeheer zij verwezen naar de paragrafen 225 tot en met 230 van de richtsnoeren EBA/GL/2021/05, waarin onder meer wordt aanbevolen een specifieke onafhankelijke bedrijfscontinuïteitsfunctie in te stellen, bijvoorbeeld als onderdeel van de risicobeheerfunctie. Er zij ook verwezen naar de wet van 1 juli 2011 betreffende de beveiliging en de bescherming van de kritieke infrastructuren.
Voorts bevat circulaire PPB 2005/2 een reeks criteria - die vertaald zijn in gezonde beheerspraktijken - waarop de NBB zich baseert om het bedrijfscontinuïteitsbeheerplan te toetsen.